Dikke prijzen winnen? Dikke prijzen betalen.

Ik zie het steeds vaker voorbijkomen: “we zijn 2x genomineerd met onze campagne!”  “We hebben de prijs gewonnen in categorie X”. “We staan in het dikke boek van organisatie X, trots op deze plaatsing!” Vroeger dacht ik dan altijd: “zo hé, verdikke, dat bureau doet goeie zaken zeg. Dik onder de indruk”. 

Tegenwoordig ben ik iets minder onder de indruk nu ik erachter ben dat veel van deze “prijzen” en nominaties gekocht zijn. 

Er zijn tientallen, al dan niet honderden, communicatie prijzen te winnen. Veel daarvan prachtige initiatieven om bureaus uit te dagen om steeds weer vernieuwend werk te blijven creëren. Althans ik denk dat dat de drijfveer achter deze competities is. Maar de laatste tijd zie ik wel heel veel bureaus, al scrollend door mijn instagramfeed, die voor weet ik veel hoeveel prijzen genomineerd zijn, een vermelding in een tijdschrift of boek hebben “gekregen” en zichzelf hiervoor op de borst kloppen. Met niet altijd even sterk en onderscheidend werk. Hoe kan dat toch? Tijd voor een klein onderzoekje. En wat blijkt, veel van deze nominaties en publicaties zijn te koop. Zo koop je bij SAN Accent bijvoorbeeld een pagina in het SAN Jaarboek voor een schamele €1295,- en ben je daarmee “genomineerd” voor de door jouzelf gekozen categorie. Voor een meerprijs van €995,- kan je je inschrijven voor nog een andere categorie. Vervolgens moet je de prijs dan natuurlijk nog wel zien te winnen van de andere betalende inzenders, dat dan weer wel. Maar er zijn competities die het nog makkelijker maken: wie meer betaalt, wint meer. In een zelf gekozen categorie waarin achteraf niet te zien is van wie je dan hebt gewonnen, in welke periode en waarom. Wat is dan nog de waarde van zo’n prijs of artikel? Het écht creatieve werk, of echt communicerende werk wordt daarmee vaak overschaduwd door de bureaus met de diepste zakken of grootste mond. En dat vind ik jammer. Kesselskramer maakt wat mij betreft geniale campagnes. Scherp en vernieuwend, maar vallen niet vaak in de prijzen omdat ze zich principieel niet actief inschrijven voor prijzen en competities. 

Gelukkig zijn er ook nog “oprechte” prijzen waarvoor je je nominatie niet hoeft te kopen. Wijzelf hebben met Buenaparte één enkele keer meegedaan aan zo’n prijs: de Galjaardprijs voor publieke communicatie. Met onze lanceringscampagne voor SchoolpleinNoord waren we één van de 32 inzendingen en daarmee genomineerd. Vervolgens een ronde verder gekomen en bij de laatste 12 geëindigd met tegenstanders als NS en de Politie. Erg leuke en spannende ervaring: veel geleerd van de presentatie aan de vakjury en goeie feedback achteraf ontvangen van één van de juryleden En als kers op de taart een mooie vermelding kunnen maken op de socials en bij onze website case. Het meedoen aan prijzen is leuk, spannend en iets winnen is nog leuker. Maar “winnen door te pinnen”? 

Iedereen wil dat zijn werk gezien wordt. Dat is de essentie van communicatie. Maar wat mij betreft vooral door de doelgroep waar de communicatie of campagne voor bedoeld is. Niet met gekochte publicaties in blaadjes om andere communicatiebureaus de ogen uit te steken of met nep prijzen om nieuwe klanten te werven. Laten we ons focussen op échte verhalen vertellen en geen stomme reclameverhaaltjes verkopen. En als je een gekochte publicatie dan graag toch wil benoemen als “nominatie” of “winnaar” zet het dan in ieder geval tussen dubbele aanhalingstekens.